Vraag:
De hoofddraagconstructie van een bedrijfspand bestaat uit spanten met momentvaste verbindingen. Voor het verkrijgen van 60 minuten brandwerendheid zijn spanten behandeld met brandwerende coating. De bouten en moeren zijn niet behandeld met brandwerende coating. Volgens de leverancier is dat niet nodig omdat tijdens brand de bevestigingsmiddelen door opschuiming van de coating worden omkapseld, waardoor de verbinding brandwerend wordt beschermd. Klopt het dat de bouten en moeren niet brandwerend hoeven te worden gecoat?
Antwoord:
De verbindingen in een staalconstructie hebben vaak een hogere capaciteit bij brand dan de constructiedelen. Dit wordt vooral veroorzaakt doordat er in een verbinding veelal meer materiaal aanwezig is. Daardoor is een verbinding vaak wel 30 minuten brandwerend. Dit kan worden aangetoond met de Eurocode, NEN-EN 1993-1-2.
Onze ervaring is niet dat de boutkoppen geheel zullen worden ingekapseld tijdens brand. De boutkoppen zullen gedeeltelijk worden beschermd tijdens brand, maar niet helemaal. Bouten in sterkteklasse 8.8 of hoger zijn vervaardigd van koudgevormd staal dat bij hoge temperaturen eerder aan sterkte verliest. Boutkoppen en moeren moeten in principe dus brandwerend worden beschermd tenzij kan worden aangetoond (met bijlage D.1 van Eurocode NEN-EN 1993-1-2) dat ze de vereiste brandwerendheid halen. Deze vraag is eerder beantwoord door de Helpdesk van Bouwen met Staal (januari 2009).
Relevante normen:
NEN-EN 1993-1-2
NEN-EN 1993-1-2 (Eurocode 3. Ontwerp en berekening van staalconstructies. Deel 1-2. Algemene regels. Ontwerp en berekening van constructies bij brand), 2005 + C1, 2006 + C2, 2009 + NB, 2007.
Sluiten
|