'Uw hulp bij ontwerpen en bouwen met staal' |
![]() 'Uw hulp bij ontwerpen en bouwen met staal' |
Vraag: NEN 6702 vermeldt in bijlage B onder punt g (zie blz. 96) op welke wijze sneeuwopeenhoping door opwaaien en afglijden in rekening moet worden gebracht bij twee aangrenzende bouwdelen met een verschillende hoogte. Indien het hoge bouwdeel een plat dak heeft, geldt voor de vormfactor voor extra sneeuwlast door afglijden Cg = 0. Soms heeft dit hoge bouwdeel tevens een hoge dakrand (bijvoorbeeld 0,5 m). In hoeverre wordt in dat geval de vormfactor voor het opwaaien positief beïnvloed, bijvoorbeeld door in de formule voor Cw te stellen: Antwoord: Een hoge dakrand voorkomt afglijden van sneeuw, waardoor een gunstiger situatie wordt bereikt dan zonder dakrand. Echter voor een plat dak geldt al Cg = 0, zodat er volgens NEN 6702 geen voordeel geldt in geval van een hoge dakrand. Immers ook de regels voor het opwaaien van sneeuw houden geen rekening met een dakrand. Wat dit laatste betreft, is te betwijfelen of de formule voor Cw voor gevallen met grote verschillen tussen Deze vraag is eerder verschenen in de rubriek Vraag & Antwoord in Bouwen met Staal 135 (april 1997). Relevante normen: |