Vraag:
Een staalconstructie voor een woning is ontworpen met koudgevormde profielen. Bij levering van het staal blijkt dat de materiaaldikte van de profielen minder is dan de nominale dikte. Moet het constructief ontwerp nu worden afgekeurd?
Antwoord:
Dat hangt af van de afwijking van de dikte van de geleverde profielen. Zowel NEN 6773, art. 7.4 als NEN-EN 1993-1-3, art. 3.2. (3) gaan uit van een tolerantie op de dikte van maximaal 5%. Tot die grens mag met de opgegeven nominale dikte worden gerekend. Bij een maatafwijking vanaf 5% moet de materiaaldikte rekenkundig worden verkleind (of vergroot). De nominale dikte is de dikte die de leverancier van het materiaal vermeldt in zijn documentatie. In de praktijk is de geleverde dikte van koudgevormde profielen bijna altijd minder dan de opgegeven waarde. Zolang de werkelijke dikte echter binnen de tolerantie van 5% valt is dat dus toegestaan. Deze vraag is eerder verschenen in de rubriek Vraag & Antwoord in Bouwen met Staal 197 (augustus 2007).
Relevante normen:
NEN 6773
NEN 6773 (TGB 1990. Staalconstructies. Basiseisen, basisrekenregels en beproevingen voor overwegend statisch belaste dunwandige koudgevormde stalen profielen en geprofileerde platen), 2000 A1, 2001.
Sluiten
NEN-EN 1993-1-3
NEN-EN 1993-1-3 (Eurocode 3. Ontwerp en berekening van staalconstructies. Deel 1-3. Algemene regels. Aanvullende regels voor koudgevormde dunwandige profielen en platen), 2006 C3, 2009 NB, 2011.
Sluiten
|