Logo StaalSupport
Powered by Bouwen met Staal

'Uw hulp bij ontwerpen en bouwen met staal'

'Uw hulp bij ontwerpen en bouwen met staal'

 

Vraag en antwoord


Vraag:

Een parkeerdek ligt op een hoogte van +13 m en heeft rondom een betonnen borstwering die eventuele botskrachten opvangt. Boven deze borstwering komt een balustrade van stalen T-profielen met daartussen drie spankabels. De bovenste spankabels lopen op een hoogte waar meestal de handregel zit. Mag een handregel in deze situatie worden uitgevoerd als spankabel? En op welke belastingen moeten de spankabels worden berekend?


Antwoord:

Het doel van een balustrade is om te verhinderen dat een persoon of voorwerp naar beneden valt. Het Bouwbesluit 2003 eist niet dat er een handregel aanwezig moet zijn. Een spankabel is een geschikte oplossing, mits de in rekening te brengen belastingen kunnen worden opgenomen en de vervorming van de kabel niet te groot wordt.
Tabel 9 van NEN 6702 geeft een overzicht van de horizontale belastingen op een balustrade (officieel: vloerafscheiding ter plaatse van een hoogteverschil). Daarnaast moet volgens NEN 6702, art. 8.2.6.4 ook rekening worden gehouden met een verticale geconcentreerde belasting. Bij balustraden met spankabels is er ook sprake van een permanente belasting uit voorspanning (NEN 6702, art. 7.3). De doorbuigingseisen in NEN 6702 - die overigens niet door het Bouwbesluit 2003 zijn aangewezen - zijn voor spankabels niet praktisch gelet op de grootte van de voorspankracht die hieruit zou volgen. Met de opdrachtgever moeten vooraf goede afspraken worden gemaakt over een acceptabele vervorming (doorhang) van de spankabel bij de (geconcentreerde) belasting.


Deze vraag is eerder verschenen in de rubriek Vraag & Antwoord in Bouwen met Staal 210 (augustus 2009).


Relevante normen:
Mede mogelijk gemaakt door:
  • Louis Braillelaan 80
  • 2719 EK Zoetermeer
  • Tel: +31(0)88 353 12 12