Logo StaalSupport
Powered by Bouwen met Staal

'Uw hulp bij ontwerpen en bouwen met staal'

'Uw hulp bij ontwerpen en bouwen met staal'

 

Vraag en antwoord


Vraag:

In de praktijk worden de begrippen ‘zeeg’, ‘toog’ en ‘knik’ vaak door elkaar gebruikt. Daarbij is met name het verschil tussen zeeg en toog vaak onduidelijk. Wat wordt nu precies onder deze drie termen verstaan?


Antwoord:

De Van Dale geeft voor deze laatste twee termen de volgende relevante betekenissen: zeeg = opwaartse ronding, naar de zijkanten aflopend beloop en toog = pijlhoogte van een boog of een formeel. Belangrijker echter is wat men in de bouw verstaat onder ‘zeeg’, ‘toog’ en ‘knik’. In de praktijk worden deze drie termen, zowel in het spraakgebruik als in bestekteksten, door elkaar gebruikt voor een vooruitbuiging, zonder dat hiermee iets verschillends wordt bedoeld. Wel is het van belang om in bestekteksten na te gaan hoe deze vooruitbuiging moet worden aangebracht. In bestekken wordt vaak gesproken van een ‘parabolische zeeg’. Wanneer deze vooruitbuiging zuiver parabolisch moet verlopen, dan kan dat uitsluitend met een profielwalsmachine. In de praktijk gebeurt dat niet, omdat dit een te dure oplossing is. Hier doet zich het fenomeen voor dat een bestekschrijver zich eigenlijk niet realiseert wat hij voorschrijft. De betere bestekken vermelden daarom uitdrukkelijk dat de vooruitbuiging mag worden aangebracht via een toogbank. Deze oplossing is aanzienlijk goedkoper en wordt in de praktijk in vrijwel alle gevallen toegepast. Een toogbank is een machine waarbij het profiel via een extreem zware kracht (bijvoorbeeld via een 200-tons hydraulische vijzel) wordt geknikt. Om de paraboolvorm zo goed mogelijk te benaderen, is het dan vaak nodig om het profiel op meerdere plaatsen te knikken. De ontwerper moet er wel rekening mee houden dat de benodigde (grote) kracht het profiel te knikken er toe kan leiden dat plaatselijk ongewenste plastische vervormingen kunnen optreden. Denk daarbij aan plooien van het lijf of van de onderflens. Het eindresultaat is daardoor niet altijd even fraai. Wanneer het staalconstructiebedrijf voldoende aandacht schenkt aan het knikproces is het echter goed mogelijk op een economisch verantwoorde wijze de benodigde vooruitbuiging aan te brengen. Daarbij is het technisch gezien niet relevant of deze vooruitbuiging nu een zeeg, een toog of een knik heet.


Deze vraag is eerder verschenen in de rubriek Vraag & Antwoord in Bouwen met Staal 147 (april 1999).


Mede mogelijk gemaakt door:
  • Louis Braillelaan 80
  • 2719 EK Zoetermeer
  • Tel: +31(0)88 353 12 12